In de gemeenteraad van 3 juni is besloten om de Voorziening Maatschappelijke ondersteuning te wijzigen. GroenLinks heeft geprobeerd om dat voorstel te wijzigen, zonder succes. De nieuwe voorziening geeft aan de gemeente ruimte om meer tijd te nemen voor een beslissing over een voorziening.
Een voorbeeld? Nu moet over de toekenning van hulp bij het huishouden of van een rolstoelvoorziening binnen 8 weken een besluit worden genomen. Dat wordt volgens de nieuwe regeling 16 weken.
Tot nu zijn er weinig klachten over de termijnen van toekenning. Volgens de gemeente wordt bij 80% van de aanvragen de termijn gehaald. Dat maakt het vreemd dat nu wordt voorgesteld om de termijnen te verlengen en – nog vreemder - om bij gecombineerde aanvragen (bijvoorbeeld een rolstoel en een aanpassing in huis) de aanvraag die het langst mag duren als uitgangspunt te nemen voor de hele aanvraag.
Je zou bij zo’n goede score denken: dat gaan we perfect op orde brengen. Maar nee, het college gaat de termijnen verlengen en noemt dat ‘socialer’.
Het college zegt dat het de termijn verlengt om te voorkomen dat er boetes betaald moeten worden (volgens een nieuwe wet; de ‘Wet Dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen’). GroenLinks pleit er natuurlijk niet voor dat we straks dwangsommen betalen uit WMO-geld. Wij pleiten voor vaart, zoveel als mogelijk is.
We hebben gepleit voor het handhaven van de bestaande termijnen – die immers voor veel mensen al lang, soms veel te lang zijn. Als acuut huishoudelijke hulp nodig is, of een hulpmiddel of een kleine aanpassing aan een woning, dan is elke week dat je moet wachten lang – vaak te lang. Op allerlei andere terreinen streven naar verkorting van doorlooptijden of sneller beslissen. Waarom zouden we dan uitgerekend op dit terrein verlengen?
GroenLinks heeft twee wijzigingen voorgesteld, en daarbij hebben we de steun gekregen van SP, D66, GBK en SGP. De coalitiepartijen (CU, CDA, PvdA en VVD) steunden het collegevoorstel.