17 oktober is het de Internationale dag voor de uitroeiing van armoede. Bij armoede denken we vaak alleen aan mensen in de bijstand, maar de praktijk is veel lastiger.

40 PROCENT 

Het Nibud doet onderzoek en geeft advies op het gebied van huishoudfinanciën. Deze organisatie zei in 2022 dat 40% van de huishoudens in Nederland moeite heeft om de eindjes aan elkaar te knopen. 

Dit is een zorgelijk hoog aantal. Het laat zien dat we armoede niet simpelweg kunnen zien als ‘eigen schuld’. Soms hoor ik van die vreselijke opmerkingen: ‘dan moeten mensen in armoede maar harder gaan werken’ of - nog erger - ‘armoede is een keuze’. 

GEEN KEUZE 

Zo zit het niet. Armoede is geen keuze. En dat is het al helemaal niet voor de kinderen die in armoede opgroeien. Naar schatting groeien 200.000 kinderen in Nederland op in armoede. Dat is bijna 4 keer het aantal inwoners van onze gemeente.

Armoede is een complex probleem. Ik hoor u denken: ‘er zijn toch veel regelingen voor mensen met een inkomen rond de bijstandsnorm?’ Dat klopt, maar het systeem is zo moeilijk ingericht dat veel mensen niet weten waar ze recht op hebben en waar zij terecht kunnen.

LASTIGE FORMULIEREN

Daarnaast zijn de formulieren die moeten worden ingevuld lastig. Mensen zien door de bomen het bos niet meer. En de toeslagenaffaire maakt mensen angstig. Ik begrijp dat. Precies daarom ben ik blij dat de gemeente veel doet om hulp vragen gemakkelijker te maken. Want eerlijk: om hulp vragen is al een hele stap.

Bestaanszekerheid is een basisrecht. GroenLinks vindt dat iedere volwassene en elk kind het verdient dat er genoeg is om van te leven: om gezond te eten, goed gekleed te zijn, een huis te hebben en dat te kunnen verwarmen. 

VERTROUWEN 

Als dat niet lukt vinden wij dat de gemeente moet bijspringen. GroenLinks wil dat die hulp geboden wordt vanuit een houding van vertrouwen in plaats van wantrouwen. Niet kijken vanuit het systeem, maar omzien naar de mensen en daadwerkelijk hulp bieden om de problemen op te lossen.  

Armoede uitroeien kan alleen maar als we niet alleen maar doen wat op korte termijn werkt. Voor goed armoedebeleid moeten we kijken naar de lange termijn. Vroeg signaleren is hierin essentieel: oog hebben voor problemen als ze nog klein zijn. 

SCHULD OP SCHULD

Dat is beter voor de mensen en ook beter voor de kosten. Als mensen op tijd hulp krijgen, ontstaat er geen schuld op schuld. Dan worden er geen gaten opgevuld op zo’n manier dat er weer andere gaten ontstaan. 

Zo voorkomen we dat mensen diep in de schulden belanden en het risico lopen om uit hun huis gezet worden. Voor een beeld: een uithuiszetting kost de samenleving gemiddeld 100.000 euro. Met dat geld kunnen we veel doen om armoede al veel eerder aan te pakken. Met een duidelijk doel: Kampen armoedevrij.